Catechismus  

 


Van God den Vader en onze schepping

Zondag 9

Vraag en antwoord 26 Wat gelooft gij met deze woorden: Ik geloof in God denVader, den Almachtige, Schepper des hemels en der aarde?

Dat de eeuwige Vader van onzen Heere Jezus Christus, die hemel enaarde, met al wat er in is, uit niet geschapen heeft , die ook door zijneeuwigen raad en voorzienigheid ze nog onderhoudt en regeert , om zijns ZoonsChristus' wil mijn God en mijn Vader is ; op welken ik alzo vertrouw, dat ikniet twijfel, of Hij zal mij met alle nooddruft des lichaams en der zielverzorgen , en ook al het kwaad, dat Hij mij in dit jammerdal toeschikt, mijten beste keren ; dewijl Hij zulks doen kan als een almachtig God , en ook.

Zondag 10

Vraag en antwoord 27 Wat verstaat gij door de voorzienigheid Gods?

De almachtige en alom tegenwoordige kracht Gods , door welke Hijhemel en aarde, mitsgaders alle schepselen, gelijk als met zijn hand nogonderhoudt, en alzo regeert , dat loof en gras, regen en droogte ,vruchtbare en onvruchtbare jaren,spijze en drank, gezondheid en krankheid,rijkdom en armoede , en alle dingen, niet bij geval, maar van zijn vaderlijkehand ons toekomen.

Vraag en antwoord 28 Waartoe dient ons dat wij weten, dat God alles geschapenheeft en nog door zijn voorzienigheid onderhoudt?

Dat wij in allen tegenspoed geduldig , in voorspoed dankbaarzijn mogen , en in alles, dat ons nog toekomen kan, een goed toevoorzichthebben op onzen getrouwen God en Vader , dat ons geen schepsel van zijnliefde scheiden zal , aangezien alle schepselen alzo in zijn hand zijn, datzij tegen zijn wil zich noch roeren, noch bewegen kunnen.