Catechismus

Hoofdstuk 1 Inleiding

Zondag 1

Vraag en antwoord 1

Wat is uw enige troost, beide in het leven en sterven?

Dat ik met lichaam en ziel, beide in het leven en sterven nietmijn maar mijns getrouwen Zaligmakers JEZUS CHRISTUS eigen ben , die met Zijn dierbaar bloed voor al mijn zonden volkomenlijk betaald en mij uit alleheerschappij des duivels verlost heeft en alzo bewaart , dat zonder denwil mijns hemelse Vader geen haar van mijn hoofd vallen kan , ja ook, dat mijalle ding tot mijn zaligheid dienen moet , waarom Hij mij ook door ZijnHeilige Geest van het eeuwige leven verzekert , en Hem voortaan te leven vanharte willig en bereid maakt.

Vraag en antwoord 2

Hoe veel stukken zijn u nodig te weten, opdat gij in dezetroost zaliglijk leven en sterven moogt?

Drie stukken. Ten eerste: hoe groot mijn zonden en ellende zijn. Ten andere: hoe ik van al mijn zonden verlost worde. En ten derde: hoe ik Gode voor zulke verlossing zal dankbaar zijn.

Hoofdstuk 2 Van des mensen ellende.

Zondag 2

Vraag en antwoord 3

Waaruit kent gij uw ellende?

Uit de wet Gods.

Vraag en antwoord 4

Wat eist de wet Gods van ons?

Dat leert ons CHRISTUS in een hoofdsom, Matth.22:37-40: Gijzult liefhebben den Heere uw God met geheel uw hart, en met geheel uw ziel, en met geheel uw verstand, en met geheel uw kracht. Dit is het eerste en het grotegebod. En het tweede, aan dit gelijk, is: Gij zult uw naaste liefhebben alsuzelf. Aan deze twee geboden hangt de ganse wet en de profeten..

Vraag en antwoord 5

Kunt gij dit alles volkomenlijk houden?

Neen ik ; want ik ben van nature geneigd, GOD en mijn naaste te haten.

Zondag 3

Vraag en antwoord 6

Heeft dan God den mens alzo boos en verkeerd geschapen?

Neen Hij; maar God heeft den mens goed , en naar Zijn evenbeeldgeschapen , dat is, in ware gerechtigheid en heiligheid,opdat hij God zijn Schepper recht kennen, Hem van harte liefhebben, en met Hem in de eeuwigezaligheid leven zou,om Hem te loven en te prijzen.

Vraag en antwoord 7

Vanwaar komt dan zulke verdorven aard des mensen?

Uit den val en de ongehoorzaamheid onzer eerste voorouderen, Adamen Eva, in het Paradijs , waar onze natuur a; zo is verdorven geworden, datwij allen in zonde ontvangen en geboren worden.

Vraag en antwoord 8

Maar zijn wij alzo verdorven, dat wij ganselijk onbekwaamzijn tot enig goed en geneigd tot alle kwaad?

Ja wij ; tenzij dan dat wij door den Geest Gods wedergeborenworden.

Zondag 4

Vraag en antwoord 9

Doet dan God den mens onrecht, dat Hij in zijn wet van hemeist, wat hij niet doen kan?

Neen Hij ; want God heeft den mens alzo geschapen, dat hij datkon doen ; maar de mens heeft zichzelf en al zijn nakomelingen, door het ingeven des duivels , van deze gaven beroofd.

Vraag en antwoord 10

Wil God zulke ongehoorzamheid en afval ongestraft laten?

Neen Hij, geenzins; maar Hij vertoornt zich schrikkelijk beideover de aangeborene en werkelijke zonden, en wil die door een rechtvaardig oordeel tijdelijk en eeuwiglijk ; gelijk Hij gesproken heeft: Vervloekt iseen iegelijk, die niet blijft in al hetgeen geschreven is in het boek der wet,om dat te doen.

Vraag en antwoord 11

Is dan God ook niet barmhartig?

God is wel barmhartig , maar Hij is ook rechtvaardig : daaromzo eist zijn gerechtigheid, dat de zonde, welke tegen de allerhoogste majesteit Gods gedaan is, ook met de hoogste, dat is, met de eeuwige straf aan lichaam enziel gestraft worde.

Hoofdstuk 3 Van des mensen verlossing

Zondag 5

Vraag en antwoord 12

Heeft dat iets meer in, dat Hij gekruisigd is geweest, dan of Hij met een anderen dood gestorven was?

Ja het; want daardoor ben ik zeker, dat Hij de vervloeking, die opmij lag, op zich geladen heeft , dewijl de dood des kruises van God vervloektwas.

Vraag en antwoord 13

Maar kunnen wij door onszelf betalen?

In generlei wijze, maar wij maken ook de schuld nog dagelijksmeerder.

Vraag en antwoord 14

Waarom is Hij begraven geworden?

Neen; want ten eerste wil God aan geen ander schepsel de schuldstraffen, die de mens gemaakt heeft ; ten andere zo kan ook geen blootschepsel den last van den eeuwige toorn GODS tegen de zonde dragen en andereschepselen daarvan verlossen.

Vraag en antwoord 15

Wat moeten wij dan voor een Middelaar en Verlosser zoeken?

Zulk een, die waarachtig en rechtvaardig mens is,ennochtans ook sterker dan alle schepselen, dat is, die ook tegelijk waarachtigGod is.

Zondag 6

Vraag en antwoord 16

Waarom moet Hij een waarachtig en rechtvaardig mens zijn?

Omdat de rechtvaardigheid Gods vorderde, dat de menselijke natuur,die gezondigd had, voor de zonde betaalde ; en dat een mens, zelf zondaarzijnde, niet kon voor anderen betalen.

Vraag en antwoord 17

Waarom moet Hij tegelijk waarachtig God zijn?

Opdat Hij, uit kracht zijner Godheid , den last van den toornGods , aan zijn mensheid zou kunnen dragen , en ons de gerechtigheid en het leven zou kunnen verwerven en wedergeven.

Vraag en antwoord 18

Maar wie is deze Middelaar, die tegelijk waarachtig God en een waarachtig rechtvaardig mens is?

Onze Heere Jezus Christus , die ons van God tot wijsheid,rechtvaardigheid, heiligmaking, en tot een volkomen verlossing geschonken is.

Vraag en antwoord 19

Waaruit weet gij dat?

Uit het Heilig Evangelie,hetwelk God zelf eerstelijk in het Paradijs heeft geopenbaard , en daarna door de heilige Patriarchen en Profeten laten verkondigen, en door de offerande en andere ceremoniën der Wet laten voorbeelden ,en ten laatste door zijn eniggeboren Zoon vervuld.

Zondag 7

Vraag en antwoord 20

Worden dan alle mensen wederom door Christus zalig, gelijkzij door Adam zijn verdoemd geworden?

Neen zij , maar alleen degenen, die Hem door een waar geloofworden ingelijfd en al Zijn weldaden aannemen.

Vraag en antwoord 21

Wat is een waar geloof?

Een waar geloof is een stellig weten of kennis, waardoor ik allesvoor waarachtig houd, dat ons God in Zijn Woord geopenbaard heeft , maar ookeen vast vertrouwen , hetwelk de Heilige Geest door het Evangelie in mijnhart werkt , dat niet alleen anderen, maar ook mij vergeving der zonden,eeuwige gerechtigheid en zaligheid van God geschonken is, uit louter genade,alleen om der verdienste van Christus wil.

Vraag en antwoord 22

Wat is dan een Christen nodig te geloven?

Al wat ons in het Evangelie beloofd wordt , hetwelk ons deArtikelen van ons algemeen en ongetwijfeld Christelijk geloof in een hoofdsom leren.

Vraag en antwoord 23

WHoe luiden die Artikelen?

Antw:Ik geloof in God den Vader, den Almachtige, Schepper des Hemels en der aarde.En in Jezus Christus, zijn eniggeboren Zoon, onze Heere;die ontvangen van den Heilige Geest, geboren uit de maagd Maria;die geleden heeft onder Pontius Pilatus, is gekruisigd, gestorven en begraven, nedergedaald ter helle; ten derden dage wederom opgestaan van de doden;opgevaren ten hemel, zittende ter rechterhand Gods des almachtigen Vaders;van waar Hij komen zal om te oordelen de levenden en de doden. Ik geloof in den Heiligen Geest.Ik geloof één heilige, algemene, Christelijke Kerk, de gemeenschap der heiligen;vergeving der zonden;wederopstanding des vleses;en een eeuwig leven.

Zondag 8

Vraag en antwoord 24

Hoe worden deze Artikelen gedeeld?

In drie delen: Het eerste, is van God den Vader en onze schepping.Het andere, van God den Zoon en onze verlossing. Het derde, van God den HeiligenGeest en onze heiligmaking.

Vraag en antwoord 25

Aangezien er maar een enig Goddelijk Wezen is , waaromnoemt gij den Vader, den Zoon en den Heiligen Geest?

Omdat God zich alzo in Zijn Woord geopenbaard heeft , dat dezedrie onderscheiden Personen de enige,waarachtige en eeuwige God zijn.

Hoofdstuk 3 Van God den Vader en onze Schepping

Zondag 9

Vraag en antwoord 26

Wat gelooft gij met deze woorden: Ik geloof in God denVader, den Almachtige, Schepper des hemels en der aarde?

Dat de eeuwige Vader van onzen Heere Jezus Christus, die hemel enaarde, met al wat er in is, uit niet geschapen heeft , die ook door zijn eeuwigen raad en voorzienigheid ze nog onderhoudt en regeert , om zijns ZoonsChristus' wil mijn God en mijn Vader is ; op welken ik alzo vertrouw, dat ikniet twijfel, of Hij zal mij met alle nooddruft des lichaams en der zielverzorgen , en ook al het kwaad, dat Hij mij in dit jammerdal toeschikt, mijten beste keren ; dewijl Hij zulks doen kan als een almachtig God , en ook.

Zondag 10

Vraag en antwoord 27

Wat verstaat gij door de voorzienigheid Gods?

De almachtige en alom tegenwoordige kracht Gods , door welke Hijhemel en aarde, mitsgaders alle schepselen, gelijk als met zijn hand nog onderhoudt, en alzo regeert , dat loof en gras, regen en droogte ,vruchtbare en onvruchtbare jaren,spijze en drank, gezondheid en krankheid,rijkdom en armoede , en alle dingen, niet bij geval, maar van zijn vaderlijkehand ons toekomen.

Vraag en antwoord 28

Waartoe dient ons dat wij weten, dat God alles geschapenheeft en nog door zijn voorzienigheid onderhoudt?

Dat wij in allen tegenspoed geduldig , in voorspoed dankbaarzijn mogen , en in alles, dat ons nog toekomen kan, een goed toevoorzichthebben op onzen getrouwen God en Vader , dat ons geen schepsel van zijnliefde scheiden zal , aangezien alle schepselen alzo in zijn hand zijn, datzij tegen zijn wil zich noch roeren, noch bewegen kunnen.

Hoofdstuk 3 Van God den Zoon en onze Verlossing

Zondag 11

Vraag en antwoord 29

Waarom wordt de Zone Gods Jezus, dat is, Zaligmaker,genoend?

Omdat Hij ons zalig maakt en van al onze zonden verlost ;daarbenevens,dat bij niemand anders enige zaligheid te zoeken of te vinden is.

Vraag en antwoord 30

Geloven dan die ook aan den enigen Zaligmaker Jezus, die hun zaligheid en welvaart bij de heiligen, bij zichzelf,of ergens elders zoeken?

Neen zij; maar zij verloochenen met de daad den enigen Heiland en Zaligmaker Jezus, ofschoon zij met den mond in Hem roemen ; want van twee Jezus moet geen volkomen Zaligmaker zijn, die dezen Zaligmaker met waar geloof aannemen, moeten alles in Hem hebben, dat tot hun zaligheid vannode is.

Zondag 12

Vraag en antwoord 31

Waarom is Hij Christus, dat is, een Gezalfde, genaamd?

Omdat Hij van God den Vader verordineerd is, met den Heiligen Geest gezalfd , tot onzen hoogsten Profeet en Leraar , die ons den verborgen raad en wil Gods van onze verlossing volkomenlijk geopenbaard heeft ; en tot onzen enigen Hogepriester , die ons met de enige offerande zijns lichaams verlost heeft , en voor ons met zijn voorbidding steeds tussen treedt bij denVader ; en tot onzen eeuwigen Koning, die ons met zijn Woord en Geestregeert, en ons bij de verworven verlossing beschut en behoudt.

Vraag en antwoord 32

Maar waarom wordt gij een Christen genaamd ?

Omdat ik door het geloof een lidmaat van Christus en also zijner zalving deelachtig ben , opdat ik zijn naam belijde , en mijzelf tot een levend dankoffer Hem offere , en met een vrije en goede conscientiein dit leven tegen de zonde en den duivel strijde , en hiernamaals ineeuwigheid met Hem over alle schepselen regere.

Zondag 13

Vraag en antwoord 33

Waarom is Hij Gods eniggeboren Zoon genaamd, zo wij toch Gods kinderen zijn?

Daarom, dat Christus alleen de eeuwige natuurlijke Zone Gods is, maar wij zijn om zijnentwil uit genade tot kinderen Gods aangenomen.

Vraag en antwoord 34

Waarom noemt gij Hem onze Heere?

Omdat Hij ons met lichaam en ziel van al onze zonden, niet met goudof met zilver,maar met zijn dierbaar bloed gekocht, en van alle heerschappij desduivels verlost heeft, en ons alzo zich tot een eigen gemaakt.

Zondag 14

Vraag en antwoord 35

Wat is dat gezegd: Die ontvangen is van den Heilige Geest,geboren uit de maagd Maria?

Dat de eeuwige Zone Gods, die waarachtig en eeuwig God is , enblijft , de ware menselijke natuur, uit het vlees en bloed der maagd Maria, door de werking des Heiligen Geestes, aangenomen heeft , opdat Hij ookhet ware zaad Davids zij , zijn broederen in alles gelijk , uitgenomen dezonde.

Vraag en antwoord 36

Wat nuttigheid verkrijgt gij door de heilige ontvangenisen geboorte van Christus?

Dat Hij onze Middelaar is , en met zijn onschuld en volkomenheiligheid mijn zonde, waarin ik ontvangen en geboren ben, voor Gods aangezichtbedekt.

Zondag 15

Vraag en antwoord 37

Wat verstaat gij door het woordeken: Geleden?

Dat Hij aan lichaam en ziel, den ganse tijd zijns levens op deaarde, maar inzonderheid aan het einde zijns levens, de toorn Gods tegen dezonde des gansen menselijken geslachts gedragen heeft , opdat Hij met zijnlijden, als met het enige zoenoffer , ons lichaam en onze ziel van de eeuwigeverdoemenis verloste , en ons Gods genade, gerechtigheid en het eeuwige levenverwierf.

Vraag en antwoord 38

Waarom heeft Hij onder de rechter Pontius Pilatus geleden?

Opdat Hij, onschuldig onder den wereldlijken rechter veroordeeldzijnde , ons daarmede van het strenge oordeel Gods, dat over ons gaan zou,bevrijdde.

Vraag en antwoord 39

Heeft dat iets meer in, dat Hij gekruisigd is geweest, danof Hij met een anderen dood gestorven was?

Ja het; want daardoor ben ik zeker, dat Hij de vervloeking, die opmij lag, op zich geladen heeft , dewijl de dood des kruises van God vervloektwas.

Zondag 16

Vraag en antwoord 40

Waarom heeft Christus zich tot in de dood moetenvernederen?

Daarom dat vanwege de gerechtigheid en waarheid Gods , nietanders voor onze zonden kon betaald worden, dan door den dood des Zoons Gods.

Vraag en antwoord 41

Waarom is Hij begraven geworden?

Omdat daarmede te betuigen, dat Hij waarachtiglijk gestorvenwas.

Vraag en antwoord 42

Zo dan Christus voor ons gestorven is, hoe komt het, dat wij ook moeten streven?

Onze dood is geen betaling voor onze zonden , maar alleen eenafsterving van de zonden en een doorgang tot het eeuwige leven.

Vraag en antwoord 43

Wat verkrijgen wij meer voor nuttigheid uit de offerandeen den dood van Christus aan het kruis?

Dat door Zijn kracht onze oude mens met Hem gekruisigd, gedood enbegraven wordt , opdat de boze lusten des vleses in ons niet meer regeren, maar dat wij onszelf Hem tot een offerande der dankbaarheid opofferen.

Vraag en antwoord 44

Waarom volgt daar: Nedergedaald ter helle?

Opdat ik in mijn hoogste aanvechtingen verzekerd zij en mijganselijk vertrooste, dat mijn Heere Jezus Christus door zijn onuitsprekelijkebenauwdheid, smarten, verschrikking en helse kwelling, in welke Hij in zijnganse lijden , gezonken was, mij van dehelse benauwdheid en pijn verlost heeft.

Zondag 17

Vraag en antwoord 45

Wat nut ons de opstanding van Christus?

Ten eerste, heeft Hij door zijn opstanding den dood overwonnen,opdat Hij ons de gerechtigheid, die Hij door zijn dood ons verworpen had, kondeelachtig maken. Ten andere, worden ook wij door zijn kracht opgewekt toteen nieuw leven. Ten derde, is ons de opstanding van Christus een zeker pandonzer zalige opstanding.

Zondag 18

Vraag en antwoord 46

Wat verstaat gij daarmede: Opgevaren ten hemel?

Dat Christus voor de ogen zijner jongeren van de aarde ten hemel is opgeheven , en dat Hij ons ten goede daar is , totdat Hij wederkomt om teoordelen de levenden en de doden.

Vraag en antwoord 47

Is dan Christus niet bij ons tot aan het einde der wereld,gelijk Hij beloofd heeft ?

Christus is waarachtig mens en waarachtig God. Naar zijn menselijkenatuur is Hij niet meer op aarde ; maar naar zijn Godheid, majesteit, genadeen Geest wijkt Hij nimmermeer van ons.

Vraag en antwoord 48

Maar zo de mensheid niet overal is waar de Godheid is,worden dan de twee naturen in Christus niet van elkander gescheiden?

Ganselijk niet; want dewijl de Godheid door niets kan ingeslotenworden en overal tegenwoordig is , zo moet volgen, dat zij wel buiten haaraangenomen mens is , en nochtans niettemin ook in haar is en persoonlijk methaar verenigd blijft.

Vraag en antwoord 49

Wat nut ons de hemelvaart van Christus?

Ten eerste, dat Hij in den hemel voor het aangezicht zijns Vadersonze Voorspreker is. Ten andere, dat wij ons vlees in den hemel tot eenzeker pand hebben, dat Hij, als het Hoofd, ons, zijn lidmaten, ook tot zich zalnemen. Ten derde, dat Hij ons zijn Geest tot een tegenpand zendt , doorwiens kracht wij zoeken dat daarboven is, waar Christus is, zittende terrechterhand Gods, en niet dat op de aarde is.

Zondag 19

Vraag en antwoord 50

Waarom wordt daarbij gezet: Zittende ter rechterhand Gods?

Dewijl Christus daarom ten hemel gevaren is, opdat Hij zichzelfdaar bewijze als het Hoofd zijner Christelijke Kerk , door wien de Vader alleding regeert.

Vraag en antwoord 51

Wat nuttigheid brengt ons deze heerlijkheid van ons Hoofd Christus?

Eerstelijk, dat Hij door zijn Heiligen Geest in ons, zijn lidmaten,de hemelse gaven uitgiet. Daarna, dat Hij ons met zijn macht tegen allevijanden beschut en bewaart.

Vraag en antwoord 52

Wat troost u de wederkomst van Christus om te oordelen delevenden en de doden?

Dat ik in alle droefenis en vervolging met opgerichten hoofde evenDenzelfde, die zich tevoren om mijnentwil voor Gods gericht gesteld en al denvloek van mij weggenomen heeft, tot een Rechter uit den hemel verwachte , die al zijn en mijn vijanden in de eeuwige verdoemenis werpen , maar mij met alleuitverkorenen tot zich in de hemelse blijdschap en heerlijkheid nemen zal.

Hoofdstuk 3 Van God den Heiligen Geest en onze Heiligmaking

Zondag 20

Vraag en antwoord 53

Wat gelooft gij van den Heiligen Geest?

Eerstelijk, dat Hij te zamen met den Vader en den Zoon waarachtigen eeuwig God is. Ten andere, dat Hij ook mij gegeven is , opdat Hij mijdoor een waar geloof Christus en al zijn weldaden deelachtig make , mijtrooste , en bij mij eeuwiglijk blijve.

Zondag 21

Vraag en antwoord 54

Wat gelooft gij van de heilige algemene Christelijke Kerk?

Dat de Zone Gods uit het ganse menselijke geslacht zich eengemeente, tot het eeuwige leven uitverkoren , door zijn Geest en Woord ,in enigheid des waren geloofs , van den beginne der wereld tot aan het einde, vergadert, beschermt en onderhoudt ; en dat ik daarvan een levendlidmaat ben , en eeuwig zal blijven.

Vraag en antwoord 55

Wat verstaat gij door de gemeenschap der heiligen?

Eerstelijk, dat de gelovigen, allen en een iegelijk, als lidmatenaan den Heere Christus en al zijn schatten en gaven gemeenschap hebben. Tenandere, dat elk zich moet schuldig weten, zijn gaven ten nutte en ter zaligheidder andere lidmaten gewilliglijk en met vreugde aan te wenden.

Vraag en antwoord 56

Wat gelooft gij van de vergeving der zonden?

Dat God, om des genoegdoens van Christus wil, al mijn zonden, ook mijn zondige aard, waarmede ik al mijn leven lang te strijden heb ,nimmermeer wil gedenken, maar mij uit genade de gerechtigheid van Christusschenken , opdat ik nimmermeer in het gericht Gods kome.

Zondag 22

Vraag en antwoord 57

Wat troost geeft u de opstanding des vleses?

Dat niet alleen mijn ziel na dit leven van stonde aan tot Christus,haar Hoofd, zal opgenomen worden , maar dat ook dit mijn vlees, door dekracht van Christus opgewekt zijnde, wederom met mijn ziel verenigd, en aan hetheerlijk lichaam van Christus gelijkvormig zal worden.

Vraag en antwoord 58

Wat troost schept gij uit het artikel van het eeuwige leven?

Dat, nademaal ik nu het beginsel der eeuwige vreugde in mijn hartgevoel , ik na dit leven volkomen zaligheid bezitten zal, die geen ooggezien, geen oor gehoord heeft, en in geens mensen hart opgeklommen is, en dat,om God daarin eeuwiglijk te prijzen.

Van de rechtvaardigmaking

Zondag 23

Vraag en antwoord 59

Maar wat baat het u nu, dat gij dit alles gelooft?

Dat ik in Christus voor God rechtvaardig ben, en een erfgenaam deseeuwigen levens.

Vraag en antwoord 60

Hoe zijt gij rechtvaardig voor God?

Alleen door een waar geloof in Jezus Christus ; alzo dat, al is het dat mij mijn conscientie aanklaagt, dat ik tegen al de geboden Godszwaarlijk gezondigd en geen daarvan gehouden heb , en nog steeds tot alleboosheid geneigd ben , nochtans God, zonder enige verdienste mijnerzijds ,uit louter genade mij de volkomen genoegdoening , gerechtigheid enheiligheid van Christus schenkt en toerekent , evenals had ik nooit zondegehad noch gedaan, ja, als had ik zelf al de gehoorzaamheid volbracht, dieChristus voor mij volbracht heeft , in zoverre ik zulke weldaad met eengelovig hart aanneem.

Vraag en antwoord 61

Waarom zegt gij, dat gij alleen door het geloofrechtvaardig zijt?

Niet, dat ik vanwege de waardigheid mijns geloofs Gode aangenaamben; maar daarom, dat alleen de genoegdoening, gerechtigheid en heiligheid vanChristus mijn gerechtigheid voor God is , en dat ik die niet ander dan alleendoor het geloof aannemen en mij toeeigene kan.

Zondag 24

Vraag en antwoord 62

Maar waarom kunnen onze goede werken niet de gerechtigheid voor God of een stuk daarvan zijn?

Daarom, dat de gerechtigheid, die voor Gods gericht bestaan kan,gans volkomen en der wet Gods in alle stukken gelijkvormig zijn moet , en datook onze beste werken in dit leven alle onvolkomen en met zonden bevlekt zijn.

Vraag en antwoord 63

Hoe? Verdienen onze goede werken niet, die God nochtans in dit en in het toekomende leven wil belonen?

Deze beloning geschiedt niet uit verdienste, maar uit genade.

Vraag en antwoord 64

Maar maakt deze leer niet zorgeloze en goddeloze mensen?

Neen zij; want het is onmogelijk, dat, zo wie Christus door eenwaarachtig geloof ingeplant is, niet zou voortbrengen vruchten der dankbaarheid.

Van de sacramenten

Zondag 25

Vraag en antwoord 65

Aangezien dan alleen het geloof ons Christus en al zijn weldaden deelachtig maakt, vanwaar komt zulk geloof?

Van den Heiligen Geest , die het geloof in onze harten werktdoor de verkondiging des Heiligen Evangelies, en het sterkt door het gebruik vande Sacramenten.

Vraag en antwoord 66

Wat zijn Sacramenten?

De Sacramenten zijn heilige zichtbare waartekenen en zegelen, vanGod ingezet, opdat Hij ons door het gebruik daarvan de belofte des Evangeliesdes te beter te verstaan geve en verzegele; namelijk, dat Hij ons vanwege hetenige slachtoffer van Christus, aan het kruis volbracht, vergeving der zonden en het eeuwige leven uit genade schenkt.

Vraag en antwoord 67

Zijn dan beide, het Woord en de Sacramenten, daarhenengericht, of daartoe verordend, dat zij ons geloof op de offerande van JezusChristus aan het kruis, als op den enigen grond onzer zaligheid ?

Ja zij toch; want de Heilige Geest leert ons in het Evangelie, enverzekert ons door de Sacramenten, dat onze volkomen zaligheid in de enigeofferande van Christus staat, die voor ons aan het kruis geschied is.

Vraag en antwoord 68

Hoeveel Sacramenten heeft CHRISTUS in het nieuwe Verbondof Testament ingezet?

Twee, namelijk den Heiligen Doop en het Heilige Avondmaal.

Van den Heiligen Doop

Zondag 26

Vraag en antwoord 69

Hoe wordt gij in den Heiligen Doop vermaand en verzekerd,dat de enige offerande van Christus, aan het kruis geschied, u ten goede komt?

Alzo, dat Christus dit uitwendige waterbad ingezet en daarbijtoegezegd heeft , dat ik zo zekerlijk met zijn bloed en Geest van de onreinheid mijner ziel, dat is, van al mijn zonden, gewassen ben , al ikuitwendig met het water, hetwelk de onzuiverheid des lichaams pleegt weg tenemen, gewassen ben.

Vraag en antwoord 70

Wat is dat,met het bloed en den Geest van Christusgewassen te zijn?

Het is vergeving der zonden van God uit genade te hebben om desbloeds van Christus' wil, hetwelk Hij in zijn offerande aan het kruis voor onsuitgestort heeft ; daarna ook, door den Heiligen Geest vernieuwd en totlidmaten van Christus geheiligd te zijn, opdat wij hoe langer hoe meer derzonden afsterven, en in een Godzalig, onstraffelijk leven wandelen.

Vraag en antwoord 71

Waar heeft ons Christus toegezegd, dat Hij ons zozekerlijk met Zijn bloed en Geest wassen wil,als wij met het Doopwater gewassenworden?

In de inzetting des Doops, welke a;zo luidt: Gaat dan henen,onderwijst al de volken, hen dopende in den Naam des Vaders, en des Zoons, en des Heiligen Geestes; Matth.28:19. En: Die geloofd zal hebben en gedoopt zalzijn, zal zalig worden; maar die niet zal geloofd hebben, zal verdoemd worden;Mark.16:16. Deze belofte wordt ook herhaald, waar de Schrift den Doop het badder wedergeboorte en de afwassing der zonden noemt; Titus.3:5,.22:16.

Zondag 27

Vraag en antwoord 72

Is dan het uiterlijk waterbad de afwassing der zondenzelf?

Neen het ; want alleen het bloed van Jezus Christus en deHeilige Geest reinigt ons van alle zonden.

Zondag 24

Vraag en antwoord 73

Waarom noemt dan de Heilige Geest den Doop het bad derwedergeboorte en de afwassing der zonden?

God spreekt alzo niet zonder grote oorzaak; namelijk, niet alleenom ons daarmede te leren, dat, gelijk de onzuiverheid des lichaams met water,alzo ook onze zonden door het bloed en den Geest van Jezus Christus weggenomenworden , maar veelmeer, omdat Hij ons door dit Goddelijk pand en waartekenwil verzekeren, dat wij zo waarachtiglijk van onze zonden geestelijk gewassenzijn, als wij uitwendig met het water gewassen worden.

Vraag en antwoord 74

Zal men ook de jonge kinderen dopen?

Ja het; want mitsdien zij alzowel als de volwassenen in het verbondGods en in zijn gemeente begrepen zijn , en dat hun door Christus' bloed de verlossing van de zonden en de Heilige Geest, die het geloof werkt, nietminder dan den volwassenen toegezegd wordt , zo moeten zij ook door den Doop,als door het teken des Verbonds, der Christelijke Kerk ingelijfd en van dekinderen der ongelovigen onderscheiden worden , gelijk in het oude Verbond of Testament door de Besnijdenis geschied is , voor dewelke in het nieuwe Verbond de Doop ingezet is.

Van het Heilig Avondmaal onzes Heeren

Zondag 28

Vraag en antwoord 75

Hoe wordt gij in het Heilig Avondmaal vermaand enverzekerd, dat gij aan de enige offerande van Christus, aan het kruis volbracht,en aan al zijn goed gemeenschap hebt?

Alzo, dat Christus mij en allen gelovigen tot zijn gedachtenis vandit gebroken brood te eten en van dezen drinkbeker te drinken bevolen heeft, endaarbij ook beloofd heeft :eerstelijk,dat zijn lichaam zo zekerlijk voor mij aan het kruis geofferd en gebroken enzijn bloed voor mij vergoten is, als ik met de ogen zie, dat het brood desHeeren mij gebroken en de drinkbeker mij medegedeeld wordt; en ten andere, dat Hijzelf mijn ziel met zijn gekruisigd lichaam en vergoten bloedzo zekerlijk tot het eeuwige leven spijst en laaft, als ik het brood en dendrinkbeker des Heeren uit des dienaars hand ontvang en met den mond geniet.

Vraag en antwoord 76

Wat is dat te zeggen, het gekruisigde lichaam van Christuseten en zijn vergoten bloed drinken?

Het is niet alleen met een gelovig hart het ganse lijden en stervenvan Christus aannemen en daardoor vergeving der zonden en het eeuwige levenverkrijgen , maar ook daarbenevens door den Heiligen Geest, die èn inChristus èn in ons woont, alzo met zijn heilig lichaam hoe langer hoe meerverenigd worden , dat wij, al is het, dat Christus in den hemel is en wijop aarde zijn, nochtans vlees van zijn vlees en been van zijn gebeente zijn ,en dat wij door één Geest eeuwiglijk leven en geregeerd worden.

Vraag en antwoord 77

Waar heeft Christus beloofd, dat Hij de gelovigen zozekerlijk alzo met zijn lichaam en bloed wil spijzen en laven, als zij van ditgebroken brood eten en van dezen drinkbeker drinken?

JIn de inzetting des Avondmaals, welke alzo luidt : DeHeere Jezus, in den nacht, in welken Hij verraden werd, nam het brood, en alsHij gedankt had, brak Hij het, en zeide: Neemt, eet; dat is mijn lichaam, datvoor u gebroken wordt; doet dat tot mijn gedachtenis. Desgelijks nam Hij ook dendrinkbeker, na het eten des Avondmaals, en zeide: Deze drinkbeker is het nieuweTestament in mijn bloed; doet dat, zo dikwijls als gij dien zult drinken, tot mijn gedachtenis. Want zo dikwijls als gij dit brood zult eten, en dezendrinkbeker zult drinken, zo verkondigt den dood des Heeren, totdat Hij komt; 1Kor. 11 : 23-26. Deze toezegging wordt ook herhaald door den Heiligen Paulus, waar hij spreekt: Dedrinkbeker der dankzegging, dien wij dankzeggende zegenen, is die niet eengemeenschap des bloeds van Christus? Het brood, dat wij breken, is dat niet deslichaams van Christus? Want één brood is het, zo zijn wij velen één lichaam,dewijl wij allen ééns broods deelachtig zijn, 1 Kor. 10: 16, 27.

Zondag 29

Vraag en antwoord 78

Wordt dan uit brood en wijn het wezenlijk lichaam en bloedvan Christus?

Neen ; maar gelijk het water in den Doop niet in het bloed vanChristus veranderd wordt, noch de afwassing der zonden zelf is , alzo wordt ook het broodin het Avondmaal niet het lichaam van Christus zelf , hoewel het naar denaard en de eigenschap der Sacramenten het lichaam van Christus Jezus genaamdwordt.

Zondag 29

Vraag en antwoord 79

Waarom noemt dan Christus het brood zijn lichaam en dendrinkbeker zijn bloed, of het nieuwe Testament in zijn bloed, en Paulus degemeenschap des lichaams en bloeds van Christus?

Christus spreekt alzo niet zonder grote oorzaak; namelijk, nietalleen om ons daarmede te leren, dat, gelijk als brood en wijn dit tijdelijk leven onderhouden, alzo ook zijn gekruisigd lichaam en zijn vergoten bloed dewaarachtige spijs en drank zijn, waardoor onze zielen ten eeuwigen leven gevoedworden ;maarveelmeer om ons door deze zichtbare tekenen en panden te verzekeren, dat wij zowaarachtiglijk zijns waren lichaams en bloeds door de werking des HeiligenGeestes deelachtig worden, als wij deze heilige waartekenen met denlichamelijken mond tot zijn gedachtenis ontvangen , en dat al zijn lijden engehoorzaamheid zo zekerlijk onze eigene is, als hadden wijzelf in onze eigenpersoon alles geleden en Gode voor onze zonden genoeg gedaan.

Zondag 30

Vraag en antwoord 80

Wat onderscheid is er tussen het Avondmaal des Heeren ende Paapse Mis?

Het Avondmaal des Heeren betuigt ons, dat wij volkomen vergevingvan al onze zonden hebben door de énige offerande van Jezus Christus, die Hijzelf eenmaal aan het kruis volbracht heeft , en dat wij door den Heiligen Geest Christus worden ingelijfd , die nu naar zijn menselijke natuur niet opde aarde, maar in den hemel is, ter rechterhand Gods zijns Vaders , en daarvan ons wil aangebeden zijn.Maarde Mis leert, dat de levenden en de doden niet door het lijden van Christusvergeving der zonden hebben, tenzij dat Christus nog dagelijks voor hen van deMispriesters geofferd worde, en dat Christus lichamelijk onder de gestalte desbroods en wijns is, en daarom ook daarin moet aangebeden worden; en alzo is deMis in den grond ander niet, dan een verloochening der enige offerande en deslijdens van Jezus Christus, en een vervloekte afgoderij.

Vraag en antwoord 81

Voor wie is het Avondmaal des Heeren ingesteld?

DVoor degenen, die zichzelf vanwege hun zonden mishagen, en nochtansvertrouwen, dat deze hun om Christus' wil vergeven zijn, en dat ook de overblijvende zwakheid met zijn lijden en sterven bedekt is; die ook begeren,hoe langer hoe meer hun geloof te sterken en hun leven te beteren. Maar dehypocrieten en die zich niet met waren harte tot God bekeren, die eten endrinken zichzelf een oordeel.

Vraag en antwoord 82

Zal men ook diegenen tot dit Avondmaal laten komen, diezich met hun belijdenis en hun leven als ongelovige en goddeloze mensenaanstellen?

Neen; want alzo wordt het verbond Gods ontheiligd, en zijn toornover de ganse gemeente verwekt. Daarom is de Christelijke Kerk schuldig, naar de ordening van Christus en van zijn Apostelen, zulken, totdat zij beteringhuns levens bewijzen, door de Sleutelen des hemelrijks uit te sluiten.

Vande sleutelen des Hemelrijks

Zondag 31

Vraag en antwoord 83

Wat zijn de Sleutelen des hemelrijks?

De verkondiging des Heiligen Evangelies en de Christelijke ban ofuitsluiting uit de Christelijke gemeente, door welke twee stukken het hemelrijkden gelovigen opengedaan, en den ongelovigen toegesloten wordt.

Vraag en antwoord 84

Hoe wordt het hemelrijk door de prediking des HeiligenEvangelies ontsloten en toegesloten?

Alzo, als, volgens het bevel van Christus, aan de gelovigen, allenen een iegelijk, verkondigd en openlijk betuigd wordt, dat hun, zo dikwijls alszij de beloftenis des Evangelies met een waar geloof aannemen, waarachtiglijk alhun zonden van God, om der verdiensten van Christus' wil, vergeven zijn;daarentegen allen ongelovigen, en die zich niet van harte bekeren, verkondigd enbetuigd wordt, dat de toorn Gods en de eeuwige verdoemenis op hen ligt, zolangals zij zich niet bekeren ; naar welk getuigenis des Evangelies God zaloordelen, beide in dit en in het toekomende leven.

Vraag en antwoord 85

ZHoe wordt het hemelrijk toegesloten en ontsloten door den Christelijken ban?

Alzo, als, volgens het bevel van Christus, degenen, die onder den Christelijken naam onchristelijke leer of leven voeren, nadat zij, ettelijke malen broederlijk vermaand zijnde, van hun dwalingen of hun schandelijk levenniet willen aflaten, der gemeente, of degenen die van de gemeente daartoeverordineerd zijn, aangebracht worden, en, zo zij aan de vermaning zich nietstoren, van henlieden door het verbieden der Sacramenten uit de Christelijkegemeente, en van God zelf uit het Rijk van Christus gesloten worden; en wederomals lidmaten van Christus en van zijn gemeente aangenomen, zo wanneer zijwaarachtige verbetering beloven en bewijzen.

Van het Heilig Avondmaal onzes Heeren

Zondag 32

Vraag en antwoord 86

Aangezien wij uit onze ellendigheid, zonder enigeverdienste onzerzijds, alleen uit gen ade, door Christus verlost zijn, waarom moeten wij dan nog goede werken doen?

Daarom, dat Christus, nadat Hij ons met zijn bloed gekocht envrijgemaakt heeft, ons ook door zijn Heiligen Geest tot zijn evenbeeld vernieuwt, opdat wij ons met ons ganse leven Gode dankbaar voor zijn weldadenbewijzen , en Hij door ons geprezen worde. Daarna ook, dat elk bijzichzelf van zijn geloof uit de vruchten verzekerd zij , en dat door onzenGodzaligen wandel onze naasten ook voor Christus gewonnen worden.

Vraag en antwoord 87

Kunnen dan die niet zalig worden, die, in hun goddeloosondankbaar leven voortvarende, zich tot God niet bekeren?

In generlei wijze; want de Schrift zegt, dat geen onkuise,afgodendienaar, echtbreker, dief, geldgierige, dronkaard, lasteraar, noch rover,noch dergelijke, het rijk Gods beërven zal.

Zondag 33

Vraag en antwoord 88

In hoeveel stukken bestaat de waarachtige bekering des mensen?

In twee stukken: in de afsterving des ouden, en in de opstandingdes nieuwen mensen.

Vraag en antwoord 89

Wat is de afsterving des ouden mensen?

Het is een hartelijk leedwezen, dat wij God door onze zondenvertoornd hebben, en die hoe langer hoe meer haten en vlieden.

Vraag en antwoord 90

Wat is de opstanding des nieuwen mensen?

Het is een hartelijke vreugde in God door Christus , en lust enliefde om naar den wil Gods in alle goede werken te leven.

Vraag en antwoord 91

Maar wat zijn goede werken?

Alleen die uit waar geloof , naar de wet Gods , alleen Hemter ere geschieden , en niet die op ons goeddunken of op.

Van de Wet

Zondag 34

Vraag en antwoord 92

Hoe luidt de wet des Heeren?

God sprak al deze woorden, Exod. 20: 1-17, Deut. 5:6-21: Ik ben de Heere, uw God, die u uit Egypteland, uit het diensthuis,uitgeleid heb. Gijzult geen andere goden voor mijn aangezicht hebben. Gijzult u geen gesneden beeld, noch enige gelijkenis maken, van hetgeen dat bovenin den hemel is, noch van hetgeen dat onder op de aarde is, noch van hetgeen datin de wateren onder de aarde is. Gij zult u voor die niet buigen, noch hendienen: want Ik, de Heere, uw God, ben een ijverig God, die de misdaad dervaderen bezoek aan de kinderen, aan het derde, en aan het vierde lid dergenen, die Mij haten; en doe barmhartigheid aan duizenden dergenen, die Mij liefhebbenen mijn geboden onderhouden. Gijzult den naam des Heeren, uws Gods, niet ijdellijk gebruiken; want de Heere zalniet onschuldig houden, die zijn naam ijdellijk gebruikt. Gedenktden Sabbatdag, dat gij dien heiligt. Zes dagen zult gij arbeiden en al uw werkdoen; maar de zevende dag is de Sabbat des Heeren, uws Gods. Dan zult gij geenwerk doen, gij, noch uw zoon, noch uw dochter, noch uw dienstknecht, noch uwdienstmaagd, noch uw vee, noch uw vreemdeling, die in uw poorten is. Want in zesdagen heeft de Heere den hemel en de aarde gemaakt, de zee en alles wat daarinis, en Hij rustte ten zevenden dage. Daarom zegende de Heere den Sabbatdag, enheiligde denzelven. Eertuw vader en uw moeder, opdat uw dagen verlengd worden in het land, dat u deHeere, uw God, geeft. Gijzult niet doodslaan. Gijzult niet echtbreken. Gijzult niet stelen. Gijzult geen valse getuigenis spreken tegen uw naaste. Gijzult niet begeren uws naasten huis; gij zult niet begeren uws naasten vrouw,noch zijn dienstknecht, noch zijn dienstmaagd, noch zijn os, noch zijn ezel,noch iets, dat uws naasten is.

Vraag en antwoord 93

Hoe worden deze tien geboden gedeeld?

In twee tafelen ; waarvan de eerste leert, hoe wij ons jegens God zullen houden; de andere wat wij onzen naaste schuldig zijn.

Zondag 34

Vraag en antwoord 94

Wat gebiedt God in het eerste gebod?

Dat ik, zo lief als mij mijner ziele zaligheid is, alle afgoderij, toverij, waarzegging, superstitie of bijgeloof , aanroeping van deheiligen of van andere schepselen , mijde en vliede, en den enigen waren Godrecht lere kennen , Hem alleen vertrouwe , in alle ootmoedigheid en ijdzaamheid mij Hem alleen alles goeds verwachte, Hem van ganser harteliefhebbe , vreze en ere , alzo, dat ik eer van alle schepselen afgaen die varen late, dan dat ik in het allerminste tegen zijn wil doe.

Vraag en antwoord 95

Wat is afgoderij?

Afgoderij is, in de plaats des enigen waren Gods, die zich in zijnWoord geopenbaard heeft, of benevens Hem, iets anders verzinnen of hebben, waarop de mens zijn vertrouwen zet..

Zondag 35

Vraag en antwoord 96

Wat eist God in het tweede gebod?

Dat wij God in generlei wijze afbeelden , en op geen anderewijze vereren, dan Hij in zijn Woord bevolen heeft.

Vraag en antwoord 97

Mag men dan ganselijk geen beelden maken?

God kan noch mag in generlei wijze afgebeeld worden. Maar deschepselen, al is het dat zij mogen afgebeeld worden, zo verbiedt toch God, hun gebeeltenis te maken en te hebben, om die te vereren, of God daardoor te dienen.

Vraag en antwoord 98

Maar zou men de beelden in de kerken als boeken der lekenniet mogen dulden?

Neen; want wij moeten niet wijzer zijn dan God, dewelke zijnChristenen niet door stomme beelden , maar door de levende verkondiging zijns Woords wil onderwezen hebben.

Zondag 36

Vraag en antwoord 99

Wat wil het derde gebod?

Dat wij niet alleen met vloeken of met valsen eed , maar ook met onnodig zweren, den naam Gods niet lasteren noch misbruiken, noch ons met ons stilzwijgen en toezien zulke verschrikkelijke zonden deelachtig maken; en in het kort, dat wij den heiligen naam Gods anders niet dan met vrees en eerbied gebruiken, opdat Hij van ons recht beleden, aangeroepen, en in al onze woorden en werken geprezen worde..

Vraag en antwoord 100

Is het dan zo grote zonde, Gods naam met zweren envloeken te lasteren, dat God zich ook over diegenen vertoornt, die, zoveel als hun mogelijk is, het vloeken en zweren niet helpen weren en verbieden?

Ja gewisselijk ; want er is geen groter zonde, noch die God meervertoornt, dan de lastering zijn naams; waarom Hij die ook met den dood te straffen bevolen heeft.

Zondag 37

Vraag en antwoord 101

Maar mag men ook Godzaliglijk bij den naam Gods een eed zweren?

Ja, als het de Overheid van haar overdanen, of anderszins ook denood vordert, om trouw en waarheid daardoor te bevestigen, en dat tot Gods eeren des naasten heil; want zulk eedzweren is in Gods Woord gegrond , en daaromook van de heiligen in het Oude en Nieuwe Testament recht gebruikt geweest.

Vraag en antwoord 102

Mag men ook bij de heiligen, of bij enige andereschepselen, een eed zweren?

Neen; want een rechten eed zweren is God aanroepen, dat Hij, alsdie alleen het hart kent, der waarheid getuigenis wil geven, en mij straffe,indien ik valselijk zweer ; welke eer aan geen schepsel toebehoort.

Zondag 38

Vraag en antwoord 103

Wat gebiedt God in het vierde gebod?

Eerstelijk, dat de kerkedienst, of het predikambt, en de scholenonderhouden worden , en dat ik, inzonderheid op den Sabbat, dat is, op den rustdag, tot de gemeente Gods naarstiglijk kome , om Gods Woord te horen ,de Sacramenten te gebruiken , God den Heere openlijk aan te roepen , en den armen Christelijke handreiking te doen ; ten andere, dat ik al de dagenmijns levens van mijn boze werken ruste, den Heere door zijn Geest in mij werkenlate, en alzo den eeuwigen Sabbat in dit leven aanvange..

Zondag 39

Vraag en antwoord 104

Wat wil God in het vijfde gebod?

Dat ik mijn vader en mijn moeder, en allen die over mij gesteldzijn, alle eer, liefde en trouw bewijze, en mij hunner goede leer en straf met behoorlijke gehoorzaamheid onderwerpe , en ook met hun zwakheid en gebreken geduld hebbe , aangezien het Gode belieft, ons door hun hand te regeren.

Zondag 40

Vraag en antwoord 105

Wat eist God in het zesde gebod?

Dat ik mijn naaste noch met gedachten, noch met woorden of eniggebaar, veel minder met de daad, door mijzelf of door anderen ontere, hate,kwetse of dode ; maar dat ik alle wraakgierigheid aflegge ; ook mijzelf niet kwetse of moedwilliglijk in enig gevaar begeve ; waarom ook de Overheid het zwaard draagt om den doodslag te weren.

Vraag en antwoord 106

Maar dit gebod schijnt alleen van het doodslaan tespreken?

God, verbiedende den doodslag, leert ons, dat Hij den wortel desdoodslags, als nijd , haat , toorn en wraakgierigheid, haat en zulksalles voor een doodslag houdt.

Vraag en antwoord 107

Maar is het genoeg, dat wij onzen naaste, zoals tevorengezegd is, niet doden?

Neen; want God, verbiedende den nijd, haat en toorn, gebiedt, datwij onzen naaste liefhebben als onszelf , en jegens hem geduld, vrede,zachtmoedigheid, barmhartigheid en alle vriendelijkheid bewijzen , zijnschade, zoveel als ons mogelijk is, afkeren , en ook onzen vijanden goed doen.

Zondag 41

Vraag en antwoord 108

Wat leert ons het zevende gebod?

Dat alle onkuisheid van God vervloekt is , en dat wij daarom,haar van hart vijand zijnde , kuis en ingetogen leven moeten , hetzij inden heiligen huwelijken staat of daarbuiten.

Vraag en antwoord 109

Verbiedt God in dit gebod niet meer dan echtbreken endergelijke schandelijkheden?

Dewijl ons lichaam en ziel tempelen des Heiligen Geestes zijn, zowil Hij, dat wij ze beide zuiver en heilig bewaren; daarom verbiedt Hij alleonkuise daden, gebaren, woorden , gedachten, lusten , en wat den mensdaartoe trekken kan.

Zondag 42

Vraag en antwoord 110

Maar mag men ook Godzaliglijk bij den naam Gods een eed zweren?

Ja, als het de Overheid van haar overdanen, of anderszins ook denood vordert, om trouw en waarheid daardoor te bevestigen, en dat tot Gods eeren des naasten heil; want zulk eedzweren is in Gods Woord gegrond , en daaromook van de heiligen in het Oude en Nieuwe Testament recht gebruikt geweest.

Vraag en antwoord 111

Maar wat gebiedt u God in dit gebod?

Dat ik mijns naasten nut, waar ik kan en mag, bevordere; met hemalzo handele, al ik wilde, dat men met mij handelde ; daarenboven ook, dat iktrouwelijk arbeide, opdat ik den nooddruftige helpen moge.

Zondag 43

Vraag en antwoord 112

WWat wil het negende gebod?

Dat ik tegen niemand valse getuigenis geve , niemand zijnwoorden verdraaie , geen achterklapper of lasteraar zij , niemand lichtelijk en onverhoord oordele of helpe veroordelen ; maar allerlei liegenen bedriegen, als eigen werken des duivels , vermijde, tenzij dat ik denzwaren toorn Gods op mij laden wil ; insgelijks, dat ik in het gericht enalle andere handelingen de waarheid liefhebbe, oprechtelijk spreke en belijde ;ook mijns naasten eer en goed gerucht naar mijn vermogen voorsta en bevordere.

Zondag 44

Vraag en antwoord 113

Wat eist van ons het tiende gebod?

Dat ook de de minste lust of gedachte tegen enig gebod Gods in onshart nimmermeer kome, maar dat wij ten allen tijde van ganser harte aller zondenvijand zijn en kust tot alle gerechtigheid hebben.

Vraag en antwoord 114

Maar kunnen degenen, die tot God bekeerd zijn, dezegeboden volkomenlijk houden?

Neen zij; maar ook de allerheiligsten, zolang als zij in dit levenzijn, hebben maar een klein beginsel dezer gehoorzaamheid ; doch alzo, datzij met een ernstig voornemen niet alleen naar sommige, maar naar al de gebodenGods beginnen te leven.

Vraag en antwoord 115

Wat gebiedt God in het vierde gebod?

Waarom laat ons dan God alzo scherpelijk de tien gebodenprediken, zo ze toch niemand in dit leven houden kan?

Van het Gebed

Zondag 45

Vraag en antwoord 116

Waarom is het gebed den Christenen van node?

Daarom dat het het voornaamste stuk der dankbaarheid is, welke Godvan ons vordert , en dat God zijn genade en den Heiligen Geest alleen aan diegenen geven wil, die Hem met hartelijke zuchten zonder ophouden daarom biddenen daarvoor danken.

Vraag en antwoord 117

Wat behoort tot zulk een gebed, dat Gode aangenaam is envan Hem verhoord wordt?

Eerstelijk, dat wij alleen den enigen waren God, die zich in zijnWoord ons geopenbaard heeft , om al hetgeen dat Hij ons geboden heeft te bidden , van harte aanroepen. Ten andere, dat wij onzen nood enellendigheid recht en grondig kennen , opdat wij ons voor het aangezicht zijner majesteit verootmoedigen. Ten derde, dat wij dezen vasten grond heben, dat Hij ons gebed, niettegenstaande wij zulks onwaardig zijn, om des Heeren Christus' wil zekerlijk wil verhoren , gelijk Hij ons in zijn Woord beloofd heeft.

Vraag en antwoord 118

Wat heeft ons God bevolen van Hem te bidden?

Alle geestelijke en lichamelijke nooddrukt , welke de HeereChristus begrepen heeft in het gebed,dat Hij ons zelf geleerd heeft.

Vraag en antwoord 119

Hoe luidt dat gebed?

Onze Vader, die in de hemelen zijt; Uw naam worde geheiligd. Uw koninkrijk kome. Uw wil geschiede, gelijk in den hemel, alzo ook op de aarde. Geef ons heden ons dagelijks brood. En vergeef ons onze schulden, gelijk ook wij vergeven onzen schuldenaren. En leid ons niet in verzoeking, maar verlos ons van de boze. Want uw is het koninkrijk, en de kracht, en de heerlijkheid in der eeuwigheid. Amen.

Zondag 46

Vraag en antwoord 120

Waarom heeft ons Christus geboden, God alzo aan tespreken: Onze Vader?

Opdat Hij van stonde aan, in het begin onzes gebeds, in ons dekinderlijke vrees en toevoorzicht tot God verwekke, welke beide de grond onzes gebeds zijn, namelijk, dat God onze Vader door Christus geworden is, en dat Hijons veel minder afslaan zal hetgeen dat wij Hem met een recht geloof bidden, danonze vaders ons aardse dingen ontzeggen.

Vraag en antwoord 121

Waarom wordt hier bijgevoegd: Die in de hemelen zijt?

Opdat wij van de hemelse majesteit Gods niet aardselijk denken ,en van zijn almachtigheid alle nooddruft des lichaams en der ziel verwachten.

Zondag 47

Vraag en antwoord 122

Welke is de eerste bede?

Uw naam worde geheiligd. Dat is: Geef ons eerstelijk, dat wij Urecht kennen , en U in al uw werken, in welke uw almachtigheid, wijsheid,goedheid, gerechtigheid, barmhartigheid en waarheid klaarlijk schijnt, heiligen,roemen en prijzen ; daarna ook dat wij al ons leven, gedachten, woorden enwerken, alzo schikken en richten, dat uw naam om onzentwille niet gelasterd,maar geëerd en geprezen worde..

Zondag 48

Vraag en antwoord 123

Welke is de tweede bede?

Uw koninkrijk kome. Dat is: Regeer ons alzo door uw Woord en uwGeest, dat wij ons hoe langer hoe meer aan U onderwerpen ; bewaar envermeerder uw kerk ; verstoor de werken des duivels en alle geweld, dat zichtegen U verheft, mitsgaders alle boze raadslagen, die tegen uw Heilig Woordbedacht worden ; totdat de volkomenheid uws Rijks kome , waarin Gij alleszult zijn in allen.

Zondag 49

Vraag en antwoord 124

Welke is de derde bede?

Uw wil geschiede, gelijk in den hemel, alzo ook op de aarde. Datis: Geef, dat wij en alle mensen onzen eigen wil verzaken , en uw wil, diealleen goed is, zonder enig tegenspreken gehoorzaam zijn ; opdat alzo eeniegelijk zijn ambt en beroep zo gewilliglijk en getrouwelijk moge bedienen enuitvoeren , als de engelen in den hemel doen.

Zondag 50

Vraag en antwoord 125

Welke is de vierde bede?

Geef ons heden ons dagelijks brood. Dat is: Wil ons met allenooddruft des lichaams verzorgen , opdat wij daardoor erkennen, dat Gij deenige oorsprong alles goeds zijt , en dat noch onze zorg en arbeid, noch uwgaven, zonder uw zegen ons gedijen , en dat wij derhalve ons vertrouwen vanalle schepselen aftrekken en op U alleen stellen.

Zondag 51

Vraag en antwoord 126

Welke is de vijfde bede?

Vergeef ons onze schulden, gelijk ook wij vergeven onzenschuldenaren. Dat is: Wil ons, armen zondaren, al onze misdaden, en ook deboosheid, die ons altijd aanhangt, om des bloeds van Christus' wil niettoerekenen , gelijk wij ook dit getuigenis uwer genade in ons bevinden, datons ganse voornemen is, onzen naaste van harte te vergeven.

Zondag 52

Vraag en antwoord 127

Welke is de zesde bede?

Leid ons niet in verzoeking, maar verlos ons van den boze. Dat is:Dewijl wij van onszelf alzo zwak zijn, dat wij niet een ogenblik zouden kunnenbestaan , en daartoe onze doodsvijanden, de duivel , de wereld , en onseigen vlees , niet ophouden ons aan te vechten, zo wil ons toch staandehouden en sterken door de kracht uws Heiligen Geestes, opdat wij in dezengeestelijken strijd niet onderliggen , maar altijd sterken wederstand doen,totdat wij eindelijk ten enenmale de overhand behouden.

Vraag en antwoord 128

Hoe besluit gij uw gebed?

Want uw is het koninkrijk, en de kracht, en de heerlijkheid in dereeuwigheid. Dat is: Zulks alles bidden wij van U, daarom, dat Gij, als onzeKoning en aller dingen machtig, ons alles goeds te geven den wil en het vermogenhebt , en dat alles, opdat daardoor, niet wij, maar uw heilige naameeuwiglijk geprezen worde.

Vraag en antwoord 129

Wat beduidt het woordeken: Amen?

Amen wil zeggen: Het zal waar en zeker zijn. Want mijn gebed isveel zekerder van God gehoord, dan ik in mijn hart gevoel, at ik zulks van Hem begeer.    

25 jan   ds R.W. de Koeijer   9:30  2 korintiers 8 1 t/m 9  

Tekst vers

8   --------------------------------------------------

25 jan   ds H.M. Burggraaf   18:30  Johannes 1 1 t-m 14  

Tekst vers 11 t/m 14

2   11. Hij is gekomen tot het Zijne, en de Zijnen hebben Hem niet aangenomen. 12. Maar zovelen Hem aangenomen hebben, dien heeft Hij macht gegeven kinderen Gods te worden, namelijk die in Zijn Naam geloven; 13. Welke niet uit den bloede, noch uit den wil des vleses, noch uit den wil des mans, maar uit God geboren zijn. 14. En het Woord is vlees geworden, en heeft onder ons gewoond (en wij hebben Zijn heerlijkheid aanschouwd, een heerlijkheid als des Eniggeborenen van den Vader), vol van genade en waarheid.

25 jan   ds R. W. de Koeijer   9:30  Mattheus 22 1 t/m 14  

Tekst vers

8   ------------

25 jan   ds R. W. de Koeijer   9:30  Mattheus 22 1 t/m 14  

Tekst vers

8   ------------

2  

18 jan   ds J. ter Maten   9:30  Lukas 14 12 t/m 24  

Tekst vers 23

8   Ga uit in de wegen en heggen; en dwing ze in te komen, opdat mijn huis vol worde

  ds H.I. Methorst   18:30  Lukas 12 t-m 24  

Tekst vers

2  

28 dec   ds M.K. de Wilde   9:30  2 korintiers 8 1 t/m 9  

Tekst vers 9

8   Want gij weet de genade van onzen Heere Jezus Christus, dat Hij om uwentwil is arm geworden, daar Hij rijk was, opdat gij door Zijn armoede zoudt rijk worden.

28 dec   ds J. de Jong   18:30  Micha 1 t-m 16  

Tekst vers

2   Hoort, gij volken altemaal! merk op, gij aarde, mitsgaders derzelver volheid! de Heere Heere nu zal tot een getuige zijn tegen ulieden, de Heere uit den tempel Zijner heiligheid.

14 dec   prop. J.W. Verboom   9:30  Sefanja 3 12 t/m 17  

Tekst vers

8   Voorzeker zal Ik u, o Jakob! gans verzamelen; voorzeker zal Ik Israels overblijfsel vergaderen; Ik zal het te zamen zetten als schapen van Bozra; als een kudde in het midden van haar kooi zullen zij van mensen deunen. 13. De doorbreker zal voor hun aangezicht optrekken; zij zullen doorbreken, en door de poort gaan, en door dezelve uittrekken; en hun koning zal voor hun aangezicht henengaan; en de Heere in hun spits.

14 dec   ds J. de Jong   18:30  Micha 1 t-m 16  

Tekst vers

2   Hoort, gij volken altemaal! merk op, gij aarde, mitsgaders derzelver volheid! de Heere Heere nu zal tot een getuige zijn tegen ulieden, de Heere uit den tempel Zijner heiligheid.

7 dec   ds H. I. Methorst   9:30  Amos 2 12 en 13  

Tekst vers 12 en 13

8   Voorzeker zal Ik u, o Jakob! gans verzamelen; voorzeker zal Ik Israels overblijfsel vergaderen; Ik zal het te zamen zetten als schapen van Bozra; als een kudde in het midden van haar kooi zullen zij van mensen deunen. 13. De doorbreker zal voor hun aangezicht optrekken; zij zullen doorbreken, en door de poort gaan, en door dezelve uittrekken; en hun koning zal voor hun aangezicht henengaan; en de Heere in hun spits.

7 dec   ds H. I. Methorst   18:30  Micha 1 t-m 16  

Tekst vers

2   Hoort, gij volken altemaal! merk op, gij aarde, mitsgaders derzelver volheid! de Heere Heere nu zal tot een getuige zijn tegen ulieden, de Heere uit den tempel Zijner heiligheid.

30 nov   ds J. A. van der Velden   9:30  Amos 1 t-m 11  

Tekst vers 8

8   De leeuw heeft gebruld, wie zou niet vrezen? De Heere Heere heeft gesproken, wie zou niet profeteren?

30 nov   ds H. I. Methorst   18:30  Micha 1 t-m 16  

Tekst vers 2

2   Hoort, gij volken altemaal! merk op, gij aarde, mitsgaders derzelver volheid! de Heere Heere nu zal tot een getuige zijn tegen ulieden, de Heere uit den tempel Zijner heiligheid.

11 mei   ds H.I. Methorst   9:30  Galaten 1 t-m 9  

Tekst vers 6 en 7

6   Ik verwonder mij, dat gij zo haast wijkende van dengene, die u in de genade van Christus geroepen heeft, overgebracht wordt tot een ander Evangelie;

7   Daar er geen ander is; maar er zijn sommigen, die u ontroeren, en het Evangelie van Christus willen verkeren.


4 mei 18:00 ds H.I. Methorst   Psalm 105   1-11

   Lofzang aan God voor Zijn weldaden aan Israël bewezen

2 Looft den Heere, roept Zijn Naam aan, maakt Zijn daden bekend onder de volken. 

3 Zingt Hem, psalmzingt Hem, spreekt aandachtelijk van al Zijn wonderen.

4 Roemt u in den Naam Zijner heiligheid; het hart dergenen, die den Heere zoeken, verblijde zich.

5 Vraagt naar den Heere en Zijn sterkte; zoekt Zijn aangezicht geduriglijk.

6 Gij zaad van Abraham, Zijn knecht, gij kinderen van Jakob, Zijn uitverkorene!

7 Hij is de Heere, onze God; Zijn oordelen zijn over de gehele aarde.

8 Hij gedenkt Zijns verbonds tot in der eeuwigheid, des woords, dat Hij ingesteld heeft, tot in duizend geslachten;

9 Des verbonds, dat Hij met Abraham heeft gemaakt, en Zijns eeds aan Izak;

10 Welken Hij ook gesteld heeft aan Jakob tot een inzetting, aan Israel tot een eeuwig verbond,

11 Zeggende: Ik zal u geven het land Kanaan, het snoer van ulieder erfdeel.


18 nov   9:30   1 Korinthe 11   17 t/m 34

Tekstgedeelte 27 t/m 32  

Zo dan, wie onwaardiglijk dit brood eet, of den drinkbeker des Heeren drinkt, die zal schuldig zijn aan het lichaam en bloed des Heeren.

Maar de mens beproeve zichzelven, en ete alzo van het brood, en drinke van den drinkbeker.

Want die onwaardiglijk eet en drinkt, die eet en drinkt zichzelven een oordeel, niet onderscheidende het lichaam des Heeren.

Daarom zijn onder u vele zwakken en kranken, en velen slapen.

Want indien wij onszelven oordeelden, zo zouden wij niet geoordeeld worden.

Maar als wij geoordeeld worden, zo worden wij van den Heere getuchtigd, opdat wij met de wereld niet zouden veroordeeld worden.


18:30     Spreuken 2    1 t/m 8    Mattheus 13 44 t/m 52

Tekstgedeelte   vers 44   Wederom is het Koninkrijk der hemelen gelijk aan een schat, in den akker verborgen, welken een mens gevonden hebbende, verborg dien, en van blijdschap over denzelven, gaat hij heen, en verkoopt al wat hij heeft, en koopt dienzelven akker.

   


11 nov   9:30   Openbaring 12 vers 18   13   14 vers 1

Tekstgedeelte    Openbaring 13    Het beest, dat uit de zee opkomt.


18:30    Prediker 1                             

Tekstgedeelte    


30 sept    9:30   Exodus   3   1 t/m 18   

Tekstgedeelte   vers 11 Wie ben ik   en   vers 14   IK ZAL ZIJN,, Die IK ZIJN ZAL

18:30    


23 sept    9:30    Mattheus 5     17 t/m 20    38 t/m   48  

Tekstgedeelte   Jezus en de Wet.


18:30   Nehemia 1 1 t/m 11   Maleachi 3   13 t/m 18    4   1 t/m 6  

Tekstgedeelte    twee soorten kinderen des verbonds



16 sept    9:30   Psalm 25     

Tekstgedeelte   vers 12  

Wie is de man, die den Heere vreest? Hij zal hem onderwijzen in den weg, dien hij zal hebben te verkiezen.


18:30    Maleachia 1   1 t/m   5   1 Johannes   4   7 t/m 12            

tekstgedeelte   vers 2a

Ik heb u liefgehad, zegt de heere: maar gij zegt:Waarin hebt gij liefgehad?


9 sept    9:30    Exodus   33   12 t/m   23   

Tekstgedeelte   vers 21  

De Heere zeide verder: Zie, er is een plaats bij Mij; daar zult gij u op de steenrots stellen.


18:30   Exodus 34   1 t/m 11    

Tekstgedeelte   vers 10

Toen zeide Hij: Zie



2 sept    9:30   Psalm 65        

Tekstgedeelte   vers 10  

Gij maakt zijn opgeploegde aarde dronken;   Gij doet ze dalen in zijn voren; Gij maakt het week door de druppelen; Gij zegent zijn uitspruitsel.


18:30   Efeziers 6   10 t/m 20   

Tekstgedeelte   vers 16

Bovenal aangenomen hebbende het schild des geloofs, met hetwelk gij al de vurige pijlen des bozen zult kunnen uitblussen.


26 aug    9:30   2 Koningen 6    8 t/m 23       

Tekstgedeelte   vers 16 en 17

En hij zeide: Vrees niet; want die bij ons zijn, zijn meer, dan die bij hen zijn.

En Elisa bad, en zeide: Heere, open toch zijn ogen, dat hij zie! En de heere opende de ogen van den jongen, dat hij zag; en ziet, de berg was vol vurige paarden en wagenen rondom Elisa.


18:30   Hebreeen 4   1 t/m 16    

Tekstgedeelte   vers 1

Laat ons dan vrezen, dat niet te eniger tijd, de belofte van in Zijn rust in te gaan nagelaten zijnde, iemand van u schijne achtergebleven te zijn.


19 aug    9:30   Ezechiel 36   16 t/m 28

Tekstgedeelte   vers 26

En Ik zal u een nieuw hart geven, en zal een nieuwen geest   geven in het binnenste van u; en Ik zal het stenen hart uit uw vlees wegnemen, en zal u een vlesen hart geven.


18:30   Handelingen 19       8 t/m 20

Tekstgedeelte    vers 15  

Tekstgedeelte Genesis 28 vers 18

Toen stond Jacob des morgens vroeg op, en hij nam die steen, dien hij tot zijn hoofdpeluw gelegd had, en zette hem op tot een opgericht teken, en goot daar olie boven op.



12 aug    9:30   Genesis 12   1 t/m 4   Genesis 25   1 t/m 11   Jesaja 53   7 t/m 12

Tekstgedeelte   Genesis 25   vers 8

En Abraham gaf den geest en strief, in goeden ouderdom, oud en des levens zat, en hij werd tot zijn volken verzameld.


18:30   Genesis 28     10 t/m 22

Kolossenzen    1   17 t/m 23

Tekstgedeelte Genesis 28 vers 18

Toen stond Jacob des morgens vroeg op, en hij nam die steen, dien hij tot zijn hoofdpeluw gelegd had, en zette hem op tot een opgericht teken, en goot daar olie boven op.


5 aug    9:30   Psalm 84       

Tekstgedeelte   vers 6

Als zij door het dal der moerbezienbomen doorgaan, stellen zij Hem tot een fontein; ook zal de regen hen gans rijkelijk overdekken.


18:30   Genesis 28     10 t/m 22

Kolossenzen    1   17 t/m 23

Tekstgedeelte Genesis 28 vers 18

Toen stond Jacob des morgens vroeg op, en hij nam die steen, dien hij tot zijn hoofdpeluw gelegd had, en zette hem op tot een opgericht teken, en goot daar olie boven op.


29 juli    9:30   Handelingen 17   15 t/m 34       

Tekstgedeelte vers 30 en 31

God dan, de tijden der ontwetendheid overzien hebbende, verkondigt nu allen mensen alom, dat zij zich bekeren.

Daarom dat Hij een dag gesteld heeft, op welken Hij den aardbodem rechtvaardiglijk zal oordelen, door een man, Dien Hij daartoe geordineerd heeft, verzekering daarvan doende aan allen, dewijl Hij hem uit de doden opgewekt heeft.



18:30  Hebreeen    4    1 t/m 11

Tekstgedeelte vers   9

Er blijft dan een rust over voor het volk gods.



22 juli    9:30    Psalm 25 1 t/m 12     Romeinen 8   18 t/m 30    

2 Korinte 12 vers   9     2 Korinte 13 vers 4   

Tekstgedeelte Romeinen 8 vers 26

En desgelijks komt ook de Geest onze zwakheden mede te hulp; want wij weten niet, wat wij bidden zullen, gelijk het behoort, maar de Geest Zelf bidt voor ons met onuitsprekelijke zuchtingen.


18:30  Handelingen 12   1-2-3   20 t/m 25

Tekstgedeelte vers 23 en 24

En het Woord Gods wies, en vermenigvuldigde.

Barnabas nu en Saulus keerden wederom van Jeruzalem, als zij den dienst volbracht hadden, medegenomen hebbende ook Johannes, die toegenaamd werd Markus.


15 juli    9:30    2 Samuel 2   1 t/m 11

Tekstgedeelte vers 4a

Daarna kwamen de mannen van Juda, en zalfden aldaar David tot een koning over het huis van Juda.


18:30   Handelingen 12   1-2-3   20 t/m 25

Tekstgedeelte vers 23 en 24

En het Woord Gods wies, en vermenigvuldigde.

Barnabas nu en Saulus keerden wederom van Jeruzalem, als zij den dienst volbracht hadden, medegenomen hebbende ook Johannes, die toegenaamd werd Markus.


5 juli    9:30    2 Samuel 2   1 t/m 11

Tekstgedeelte vers 4a

Daarna kwamen de mannen van Juda, en zalfden aldaar David tot een koning over het huis van Juda.

18:30   Handelingen 12   1-2-3   20 t/m 25

Tekstgedeelte vers 23 en 24

En het Woord Gods wies, en vermenigvuldigde.

Barnabas nu en Saulus keerden wederom van Jeruzalem, als zij den dienst volbracht hadden, medegenomen hebbende ook Johannes, die toegenaamd werd Markus.


8 juli    9:30    Mattheus 26   26 t/m 46   

HC Zondag 49

Vraag en antwoord 124   Welke is de derde bede?

Uw wil geschiede, gelijk in den hemel, alzo ook op de aarde. Dat is: Geef, dat wij en alle mensen onzen eigen wil verzaken , en uw wil, die alleen goed is, zonder enig tegenspreken gehoorzaam zijn ; opdat alzo een iegelijk zijn ambt en beroep zo gewilliglijk en getrouwelijk moge bedienen en uitvoeren , als de engelen in den hemel doen.


18:30      Amos 3            Lucas 3 vers 7 t/m 14       

Tekstgedeelte Amos 3 vers 2

Uit alle geslachten des aardodems heb Ik ulieden alleen gekend;   daarom zal Ik al uw ongerechtigheden over ulieden bezoeken.


1 juli    9:30    Spreuken 6    12 t/m 23 Romeinen 7   14 t/m 25

Tekstgedeelte   Spreuken   Vers 16

Deze zes haat de heere; ja,zeven zijn Zijn ziel een gruwel;


18:30     Handelingen 9   1 t/m 9     HC Zondag 48                 

Welke is de tweede bede?

Uw koningkrijk kome. Dat is: Regeer ons alzo door uw Woord en uw Geest, dat wij ons hoe langer hoe meer aan   U onderworpen ; bewaar en vermeerder uw kerk; verstoor de werken des duivels en alle geweld, dat ich tegen U verheft, mitgders alle boze raadslagen, die tegebn uw Heilig Woord bedacht worden :


24 juni    9:30    Exodus   32   1 t/m 11   25t/m 29   Openbaring 22   12 t/m 15

Tekstgedeelte    Exodus 32 : 5b

Morgen zal den Heeren een feest zijn!


18:30    Psalm 87   Handelingen 8   26 t/m 40                   

Tekstgedeelte    Handelingen 8   Heilig zijn O God uw wegen


17 juni    9:30    Efeziers 3   14 t/m   21

Tekstgedeelte   vers    17 t/m 19

Opdat Christus door het geloof in uw harten wone, en gij in de liefde geworteld en gegrond zijn; Opdat gij ten volle kondet begrijpen met al de heiligen, welke de breedte, en lengte, en diepte, en hoogte zij, En bekennen de liefde van Christus, die de kennis te boven gaat,opdat gij vervuld word tot al de volheid Gods.


18:30    Psalm 42    Romeinen 8 vers 23 t/m 26                    

Tekstgedeelte    Psalm 42  

10 juni   9:30    Handelingen 4    1 t/m 12   

Tekstgedeelte   vers    4

En velen van degenen, die het woord gehoord hadden, geloofden; en het getal der mannen werd omtrent vijfduizend.


18:30      Handelingen 4                   

Tekstgedeelte   vers 13

Zij nu, ziende de vrijmoedigheid van Petrus en Johannes, en vernemende, dat zij ongeleerde en slechte mensen waren, verwonderden zich, en kenden hen, dat zij met jezu geweest waren.



3 juni    9:30    handelingen 3   1 t/m 21

Tekstgedeelte   vers    19 en 20

Betert u dan, en bekeert u, opdat uw zonden mogen uitgewist worden; wanneer de tijden der verkoeling zullen gekomen zijn van het aangezicht des Heeren,

En Hij gezonden zal hebben Jezus Christus, Die u tevoren gepredikt is

18:30     Prediker 4    1 t/m 6         Mattheus 11     28 t/m 30     

Tekstgedeelte   vers 6

Een hand vol met rust is beter, dan beide de vuisten vol met arbeid en kwelling des geestes.




27 mei    9:30    Handelingen 2    1 t/m 8   33 t/m 36

Tekstgedeelte   vers    36

Zo wete dan zekerlijk het ganse huis Israels, dat God hem tot een Heere en Christus gemaakt heeft, namelijk dezen Jezus, Dien gij gekruist hebt.

18:30      Galaten 4     1 t/m 7                 

Tekstgedeelte   vers 6

En aangezien gij kinderen zijt, zo heeft God den geest Zijns Zoons uitgezondenin uw harten, Die roept: Abba,Vader!


20 mei    9:30    Genesis 3   1 t/m 6   vers 15    4 vers 1 en 2    Handelingen  

Tekstgedeelte   Openbaring 12   1 t/m 17

En er werd een groot teken gezien in den hemel; namelijk een vrouw, bekleed met de zon; en de maan was onder haar voeten, en op haar hoofd een kroon van twaalf sterren;

En zij was zwanger, en riep, barensnood hebbende, en zijnde in pijn om te baren.

En er werd een ander teken gezien in den hemel; en ziet, er was een grote rode draak, hebbende zeven hoofden, en tien hoornen, en op zijn hoofden zeven koninklijke hoeden.

En zijn staart trok het derde deel der sterren des hemels, en wierp die op de aarde. En de draak stond voor de vrouw, die baren zou, opdat hij haar kind zou verslinden, wanneer zij het zou gebaard hebben.

En zij baarde een mannelijken zoon, die al de heidenen zou hoeden met een ijzeren roede; en haar kind werd weggerukt tot God en Zijn troon.

En de vrouw vluchtte in de woestijn, alwaar zij een plaats had, haar van God bereid, opdat zij haar aldaar zouden voeden duizend tweehonderd zestig dagen.

De strijd van Michaël met den draak

En er werd krijg in den hemel: Michael en zijn engelen krijgden tegen den draak, en de draak krijgde ook en zijn engelen.

En zij hebben niet vermocht, en hun plaats is niet meer gevonden in den hemel.

En de grote draak is geworpen, namelijk de oude slang, welke genaamd wordt duivel en satanas, die de gehele wereld verleidt, hij is, zeg ik, geworpen op de aarde; en zijn engelen zijn met hem geworpen.

En ik hoorde een grote stem, zeggende in den hemel: Nu is de zaligheid, en de kracht, en het koninkrijk geworden onzes Gods; en de macht van Zijn Christus; want de verklager onzer broederen, die hen verklaagde voor onzen God dag en nacht is nedergeworpen.

En zij hebben hem overwonnen door het bloed des Lams, en door het woord hunner getuigenis, en zij hebben hun leven niet liefgehad tot den dood toe.

Hierom bedrijft vreugde, gij hemelen, en gij, die daarin woont! Wee dengenen, die de aarde en de zee bewonen, want de duivel is tot u afgekomen, en heeft groten toorn, wetende, dat hij een kleinen tijd heeft.

En toen de draak zag, dat hij op de aarde geworpen was, zo heeft hij de vrouw vervolgd, die het manneken gebaard had.

En der vrouwe zijn gegeven twee vleugelen eens groten arends, opdat zij zou vliegen in de woestijn, in haar plaats, alwaar zij gevoed wordt een tijd, en tijden, en een halven tijd, buiten het gezicht der slang.

En de slang wierp uit haar mond achter de vrouw water als een rivier, opdat hij haar door de rivier zou doen wegvoeren.

En de aarde kwam de vrouw te hulp, en de aarde opende haar mond, en verzwolg de rivier, welke de draak uit zijn mond had geworpen.

En de draak vergrimde op de vrouw, en ging heen om krijg te voeren tegen de overigen van haar zaad, die de geboden Gods bewaren, en de getuigenis van Jezus Christus hebben.


18:30      1 petrus 1   vers 17 t/m 21                   

En indien gij tot een Vader aanroept Dengene, Die zonder aanneming des persoons oordeelt naar eens iegelijks werk, zo wandelt in vreze den tijd uwer inwoning;

Wetende dat gij niet door vergankelijke dingen, zilver of goud, verlost zijt uit uw ijdele wandeling, die u van de vaderen overgeleverd is;

Maar door het dierbaar bloed van Christus, als van een onbestraffelijk en onbevlekt Lam;

Dewelke wel voorgekend is geweest voor de grondlegging der wereld, maar geopenbaard is in deze laatste tijden om uwentwil,

Die door Hem gelooft in God, Welke Hem opgewekt heeft uit de doden, en Hem heerlijkheid gegeven heeft, opdat uw geloof en hoop op God zijn zou.


13   mei    9:30    Lucas   24    44   t/m 49

Tekstgedeelte   vers    46 en 47

En zeide tot hen: Alzoo is er geschreven, en alzoo moest de Christus lijden, en van de dooden opstaan ten derde dage,

En in zijnen naam gepredikt worden bekeering en vergeving der zonden onder alle volken, beginnende van Jeruzalem.

18:30                  

Tekstgedeelte  


6 mei    9:30    Lucas   24    36 t/m 49

Tekstgedeelte   vers    47

En in Zijn naam gepredikt worden bekering en vergeving der   zonden, onder   alle volken, beginnende van Jeruzalem.

18:30      Ezechiel   36   16 t/m 27     Catechismus    Zondag 47            

Tekstgedeelte Zondag 47


29   April 9:30    Openbaring 4

Tekstgedeelte vers 1

Na dezen zag ik, en ziet, een deur was geopend in den hemel;


18:30   Mattheus 28: 16 t/m 20     Filippenzen   2   5 t/m 11

Tekstgedeelte   Mattheus 28   18   t/m 20

Tekstgedeelte vers 58   18 t/m 20

Mij is gegeven alle macht in hemel en op aarde.

Gaat dan henen, onderwijst al de volken, dezelve dopende in den Naam des Vaders, en des Zoons, en des Heiligen Geestes; lerende hen onderhouden alles, wat Ik u geboden heb.

En ziet, Ik ben met ulieden al de dagen tot de voleinding der wereld. Amen.



22   April    9:30   2 koningen 3     1 t/m 17

Tekstgedeelte   vers 15

Nu dan, brengt mij eenen speelman. En het geschiedde, als de speelman op de snaren speelde, dat de hand des heeren op hem kwam.



18:30   1 Timoptheus 6     3 t/m 16

Tekstgedeelte vers 12

Strijd den goeden strijd des geloofs   grijp naar het eeuwige leven, tot hetwelk gij ook geroepen zijt, en de goede belijdenis beleden hebt voor vele getuigen.


15 April 9:30 1 Corinth 15    50 t/m 58

Tekstgedeelte vers 58

Alsdan zal het geschieden, dat geschreven is,, de dood is verslonden tot overwinning


18:30 Johannes 21 1 t/m 14

Tekstgedeelte vers 7a

Die discipel dan, die Jezus liefhad, zeide tot Petrus:

Het is de Heere


8 April    Eerste Paasdag   9:30 Matth 28 - 1 t/m 6     Job 19 19 t/m 17

Tekstgedeelte   Job vers 25

Maar ik weet: mijn Verlosser leeft en ten laatste zal Hij op het stof optreden.


18:30   Mattheus 28 1 t/m 10

Tekstgedeelte vers 10

Toen zeide Jezus tot haar: Vreest niet: gaat heen, boodschapt mijnen broederen, dat zij heengaan naar Galilea, en aldaar zullen zij Mij zien.


5 April   Goede Vrijdag    19:30 Matth 27 -   37

Tekstgedeelte     vers 37

DEZE IS JEZUS, DE KONING DER JODEN


25 Maart    9:30 Joh 18 - 28 t/m 40

Tekstgedeelte   vers 39 en 40

Zij dan riepen allen wederom, zeggende Niet Dezen, maar Bar-Abbas! En Bar-Abbas was een moordenaar.


18:30 Lukas   23 - 13 t/m 34

En verdeelende zijne kleren, wierpen zij het lot


14 Maart Biddag   19:30 1 Petrus – 5 t/m 11

Tekstgedeelte   1 Petrus 5   vers 7

Werpt al uwe bekommernis op Hem, want hij zorgt voor U.


11 Maart 9:30 Mattheus 17 – 14 t/m 23   

18   1 t/m 5

18:30    Hebereers 4   14 t/m 16


4 maart   8:30    Mattheus   16   21 t/m 23

25   31 t/m   33

26   1 t/m 5   14 +15


18:30      Mattheus 26    45 t/m 58

45 t/m 58



Psalmen 100:1-5         Juicht den HEERE !

Een lofzang. Gij ganse aarde! juicht den Heere.

Dient den Heere met blijdschap, komt voor Zijn aanschijn met vrolijk gezang.

Weet, dat de Heere is God; Hij heeft ons gemaakt (en niet wij), Zijn volk en de schapen Zijner weide.

Gaat in tot Zijn poorten met lof, in Zijn voorhoven met lofgezang; looft Hem, prijst Zijn Naam.

Want de Heere is goed; Zijn goedertierenheid is in der eeuwigheid, en Zijn getrouwheid van geslacht tot geslacht.

URL: http://www.hervormdputten.nl/downloads/online_BijbelstudiePDF.pdf

http://www.mullerbook.nl/boek.php?boekId=26633      Geloof

Zo ver als het oosten is van het westen, zo ver heeft hij onze zonden van ons verwijderd. Zo liefdevol als een vader is voor zijn kinderen, zo liefdevol is de HEER voor wie hem vrezen. Want hij weet waarvan wij gemaakt zijn, hij vergeet niet dat wij uit stof zijn gevormd. -- Psalmen 103:12-14

zondag 11 dec

09:30 uur ds. C.J. Overeem

18:30 uur ds. A. Jonker

zondag 18 dec

09:30 uur ds. A. van Zetten

18:30 uur ds. A.C. de Kruijf

zondag 25 dec

09:30 uur ds A. van der Stoep

18:30 uur ds. C.J. Barth

maandag 26 dec

18:30 uur ds. A. van der Stoep Kerstfeest met de kinderen

zaterdag 31 dec

19:30 uur ds. A. van der Stoep Oudejaarsdienst

zondag 1 jan

09:30 uur ds. A. van der Stoep Nieuwsjaarsdienst

18:30 uur ds. S.J. Verhey

zondag 8 jan

09:30 uur ds. C.J. Barth

18:30 uur ds. W. van den Born

zondag 15 jan

09:30 uur ds. J. ter Maten

18:30 uur ds. A.C. de Kruijf

zondag 22 jan

09:30 uur ds A. van der Stoep

18:30 uur ds. A. van der Stoep

zondag 22 jan

09:30 uur ds H.J. van der Veen

18:30 uur ds. A. van Zetten

zondag 27 nov

09:30 uur ds. A. van der Stoep Doopdienst

Psalm 34 vers 11

18:30 uur ds. A. van der Stoep VB HA

Psalm 77 vers 8

zondag 4 dec

09:30 uur ds. A. van der Stoep Heilig Avondmaal

Psalm vers

18:30 uur ds. A. van der Stoep NB HA

Psalm vers

Wat is dan een Christen nodig te geloven?

Al wat ons in het Evangelie beloofd wordt , hetwelk ons de Artikelen van ons algemeen en ongetwijfeld Christelijk geloof in een hoofdsom leren.

Ik geloof in God den Vader, den Almachtige, Schepper des Hemels en der aarde.En in Jezus Christus, zijn eniggeboren Zoon, onze Heere;die ontvangen van den Heilige Geest, geboren uit de maagd Maria;die geleden heeft onder Pontius Pilatus, is gekruisigd, gestorven en begraven, nedergedaald ter helle; ten derden dage wederom opgestaan van de doden;opgevaren ten hemel, zittende ter rechterhand Gods des almachtigen Vaders;van waar Hij komen zal om te oordelen de levenden en de doden. Ik geloof in den Heiligen Geest.Ik geloof één heilige, algemene, Christelijke Kerk, de gemeenschap der heiligen;vergeving der zonden;wederopstanding des vleses;en een eeuwig leven.

Amen

12 Artikelen des geloofs

Amen

Belijdenistekst 21 April 2013

Hebreeen 12 vers 1-11   `Wolk der getuigen`

1. Daarom dan ook, alzo wij zo groot een wolk der getuigen rondom ons hebben liggende, laat ons afleggen allen last, en de zonde, die ons lichtelijk omringt, en laat ons met lijdzaamheid lopen de loopbaan, die ons voorgesteld is;

2. Ziende op den oversten Leidsman en Voleinder des geloofs, Jezus, Dewelke, voor de vreugde, die Hem voorgesteld was, het kruis heeft verdragen, en schande veracht, en is gezeten aan de rechter hand des troons van God.

3. Want aanmerkt Dezen, Die zodanig een tegenspreken van de zondaren tegen Zich heeft verdragen, opdat gij niet verflauwt en bezwijkt in uw zielen.

4. Gij hebt nog tot den bloede toe niet tegengestaan, strijdende tegen de zonde;

5. En gij hebt vergeten de vermaning, die tot u als tot zonen spreekt: Mijn zoon, acht niet klein de kastijding des Heeren, en bezwijkt niet, als gij van Hem bestraft wordt;

6. Want dien de Heere liefheeft, kastijdt Hij, en Hij geselt een iegelijken zoon, die Hij aanneemt.

7. Indien gij de kastijding verdraagt, zo gedraagt Zich God jegens u als zonen; (want wat zoon is er, dien de vader niet kastijdt?) 8. Maar indien gij zonder kastijding zijt, welke allen deelachtig zijn geworden, zo zijt gij dan bastaarden, en niet zonen.

9. Voorts, wij hebben de vaders onzes vleses wel tot kastijders gehad, en wij ontzagen hen; zullen wij dan niet veel meer den Vader der geesten onderworpen zijn, en leven?

10. Want genen hebben ons wel voor een korten tijd, naar dat het hun goed dacht, gekastijd; maar Deze kastijdt ons tot ons nut, opdat wij Zijner heiligheid zouden deelachtig worden.

11. En alle kastijding als die tegenwoordig is, schijnt geen zaak van vreugde, maar van droefheid te zijn; doch daarna geeft zij van zich een vreedzame vrucht der gerechtigheid dengenen, die door dezelve geoefend zijn.

Belijdenistekst 13 April 2014

Johannes 19:14   `Zie, uw Koning`

1 Toen nam Pilatus dan Jezus, en geselde Hem.

2. En de krijgsknechten, een kroon van doornen gevlochten hebbende, zetten die op Zijn hoofd, en wierpen Hem een purperen kleed om;

3. En zeiden: Wees gegroet, Gij Koning der Joden! En zij gaven Hem kinnebakslagen.

4. Pilatus dan kwam wederom uit, en zeide tot hen: Ziet, ik breng Hem tot ulieden uit, opdat gij wetet, dat ik in Hem geen schuld vinde.

5. Jezus dan kwam uit, dragende de doornenkroon, en het purperen kleed. En Pilatus zeide tot hen: Ziet, de Mens!

6. Als Hem dan de overpriesters en de dienaars zagen, riepen zij, zeggende: Kruis Hem, kruis Hem; Pilatus zeide tot hen: Neemt gijlieden Hem en kruist     Hem; want ik vind in Hem geen schuld.

7. De Joden antwoordden hem: Wij hebben een wet, en naar onze wet moet Hij sterven, want Hij heeft Zichzelven Gods Zoon gemaakt.

 

   Jezus door Pilatus overgegeven

8. Toen Pilatus dan dit woord hoorde, werd hij meer bevreesd;

9. En ging wederom in het rechthuis, en zeide tot Jezus: Van waar zijt Gij? Maar Jezus gaf hem geen antwoord.

10. Pilatus dan zeide tot Hem: Spreekt Gij tot mij niet? Weet Gij niet, dat ik macht heb U te kruisigen, en macht heb U los te laten?

11. Jezus antwoordde: Gij zoudt geen macht hebben tegen Mij, indien het u niet van boven gegeven ware; daarom die Mij aan u heeft overgeleverd, heeft   groter zonde.

12. Van toen af zocht Pilatus Hem los te laten; maar de Joden riepen, zeggende: Indien gij Dezen loslaat, zo zijt gij des keizers vriend niet; een iegelijk, die   zichzelven koning maakt, wederspreekt den keizer.

13. Als Pilatus dan dit woord hoorde, bracht hij Jezus uit, en zat neder op den rechterstoel, in de plaats, genaamd Lithostrotos, en in het Hebreeuws   Gabbatha.

14. En het was de voorbereiding van het pascha, en omtrent de zesde ure; en hij zeide tot de Joden: Ziet, uw Koning!

15. Maar zij riepen: Neem weg, neem weg, kruis Hem! Pilatus zeide tot hen: Zal ik uw Koning kruisigen? De overpriesters antwoordden: Wij hebben geen   koning, dan den keizer.

  16. Toen gaf hij Hem dan hun over, opdat Hij gekruist zou worden. En zij namen Jezus, en leidden Hem weg.


Het dorp is in 1025 gesticht door Jan van Arkel. Tot het jaar 1725 werd Nieuwland Nouland genoemd. Vernoemd naar de polders Kort en Lang Nouland. Het is niet bekend waar de naam Nouland vandaan komt. Nieuwland is een dorp in de gemeente Zederik in de provincie Zuid-Holland. De Nederlands-hervormde kerk van Nieuwland is vermoedelijk ook rond het jaar 1025 gebouwd. In 1982 is deze grondig gerestaureerd.   Het kerkorgel is gebouwd door bouwmeester Frederik Kruse in 1905.




In `t groene dal, in `t stille dal

Amazing Grace   AG and Kate

Biddag met de kinderen 2014

Heer neem mijn beide handen

A G and Kate   Gospel Music

DE HEER ZAL U STEEDS GADESLAAN

WANT GOD, DE HEER, ZO GOED, ZO MILD,

AH van Ooijen 09:15


Belijdenisdienst 2013 Uitleidend orgelspel

Belijdenisdienst 2014 Uitleidend orgelspel

2012-04-22-1830.mp3 Lees meer via http://computertotaal.nl/forumarchief/12-webdesign-html--css--flash/58724-lichtkrant-met-gifjes-in-website-maken#W4yMCGVYz2CWgSry.99

                                              

FOTOALBUM

December 2016

Week

Maan dag

Dins dag

Woens dag

Donder dag

Vrijdag

Zater dag

Zondag

48

28

29

30

1

2

3

4

49

5

6

7

8

9

10

11

50

12

13

14

15

16

17

18

51

19

20

21

22

23

24

25

52

26

27

28

29

30

31

1

1

2

3

4

5

6

7

8